Het 8ste linieregiment verlaat vandaag Oye om te gaan kantonneren in St.-Folquiers en omgeving. Ik ben mijn makkers gaan dag zeggen voor hun vertrek. Het regiment wordt vervangen door het 20ste, die ons praktisch allemaal vreemd zijn. Langzaamaan groepeert de divisie zich om naar het front te trekken. Met wat voor doel? Is het voor een offensief of om een sector te bezetten? We zullen het weldra weten. Deze voormiddag ben ik begonnen met een serie conferenties over “De aarde vanaf de oorsprong tot de creatie van de mens”.
Wat een gelukzalig gevoel kreeg ik omstreeks 11 uur. De postbode overhandigde mij een kaartje van mijn twee teergeliefden, gedateerd op 29 september. Wat heeft mij dat plezier gedaan! Het maakt me blij vast te stellen dat ze nu op de hoogte zijn van de eretekens die me werden toegekend voor bewezen diensten. Jullie stellen het allebei goed, dat is het voornaamste. Wat een kwelling echter dat we mekaar niet vrijuit kunnen schrijven, en altijd omschrijvingen te moeten gebruiken om mekaar te verstaan. Het is zo triestig om mekaar nooit iets intiems te kunnen zeggen. Triestig is ook het nieuws van de dood van tante Sidonie. Bij mijn terugkeer, van zodra ik kan, zal ik eerst en vooral onze geliefde overledenen gaan begroeten. Er zijn er inmiddels reeds twee. De lijst mag daarbij voor lange tijd ophouden.