Voor deze plaatsen hadden zich verscheidene kandidaten voorgesteld. Hieronder waren er drij inwoonsters der stad; onder deze nu, ééne die sinds een vijftiental maanden, tot elks voldoening, onberispelijke dienst doet in onze gemeentelijke bewpaarscholen., Bij het begin der zitting verklaarden de drie werklieden, leden van den gemeenteraad, te trachten door wederzijdsche toegevingan elkander te verstaan, en de zaken zoo rechtvaardig en bevredigend mogelijk te maken. Zij wezen voornamelijk op het- recht van verhooging van plaats der reeds in bediening zijnde kandidate. Doch de heeren liberaien verstcmden dat zoo niet; zooals zij de zaken hadden geregeld, moesten zij geschieden.
Op de aanspraak vanwege de juffer in dienst konden zij enkel antwoorden dat deze te jong was voor. die plaats.
Ziende, dat de heeren liberalen ondanka alles hun wil zouden doordrijven, verlieten de drij werklieden de zittingzaal, aldus aan .die heeren de gansche verantwoordelijkheid hunner daad latende.
Daar zij nu niet meer in voldoende getal waren om te stemmen, zond men per rijtuig om een gemeenteraadslid, welke door zijnen ziekelijken toestand sinds jaren geene zitting meer bijwoonde. En aldus dreven zij hun wil door!
Onze gansche bevoiking bespreekt deze ' daad, en onze heeren van «Godsvrede ! Geen politiek!» mogen er verzekerd van zijn, dat dit oordeel voor hen niet zeer vleiend is.
Wij houden er aan te verklaren, dat wij tegen de benoemden volstrekt niets hebben, wij willen evenmin de zaak in haren ganschen omvang bespreken, dit bewaren wij voor later, om het aan de heeren wie het aangaat, op tijd en stond, daar waar het past, te herinneren.
Wij beoogden voor het oogenblik alleen te doen uitschijnen, hoe die heeren ons steeds verwijten aan «politiek» te doen, en hoe zij zelven hunne partijbelangen boven alles stellen.
HA