Opstaan om 5 uur. Ontbijt om 5u30. Om 6 uur zijn we ons uniform en kleine bezittingen gaan halen en hebben we ons aangekleed in hetzelfde lokaal waarin we ons bij onze aankomst uitgekleed hebben. Elke vertrekker kreeg een hospitaal in Frankrijk aangewezen, voor mij was dat Mortain. Ik had nog nooit van die stad gehoord. Om 6u30 heeft een camion van het Belgische Rode Kruis ons naar het doorgangshospitaal, nabij het station van Calais, gevoerd. Er kwamen nog veel zieken uit andere hospitalen in Calais aan. Er werd me gezegd dat we allemaal naar het ziekenhuis van Mortain gingen. Er waren een paar honderd zieken en gekwetsten. Om 7u15 namen we een Belgische ziekentrein die klaar stond. Ik telde een vijftiental wagons van 3de klasse, een restauratiewagon, een goederenwagon en twee locomotieven. In mijn wagon waren 21 zieken, waaronder 4 andere sergeanten. In de wagon waren geen compartimenten. Banken en bagagedragers waren weggehaald. Langsheen de portieren waren steunen voor de brancards aangebracht, 3 boven mekaar, per portier. Overdag werden de brancards weggenomen en kregen we een strozak om op te zitten. Om 7u45 vertrekt onze trein nar het binnenland van Frankrijk. Ik keek voortdurend naar buiten om zo veel mogelijk belangrijke zaken van de reis te noteren. Na enkele minuten zag ik een bord met de aanduiding: station van Les Fontinettes, richting Boulogne. Die richting gingen we dus uit. Een beetje verderop waren er Duitse krijgsgevangenen aan het werk aan een uitbreiding van een goederenstation. Om 8u50 passeerden we Gihen (waarschijnlijk Pihen nvdr), met in de omgeving meerdere grote steengroeven. Er waren veel gevangenen bezig keien, steenslag en stenen te kappen, nodig om de wegen achter het front te repareren, die de Duitsers hadden kapotgeschoten. De regio was erg mergelachtig. Om 10u40 reden we door het station van Boulogne-sur-Mer, dan door een tunnel. Een beetje verder was er een groot goederenstation, waar veel transport gebeurde. De trein stopte vaak. Nabij Etaples staan er veel grote Engelse tenten- en barakkenkampen. Recruten waren aan exercitie bezig op een groot plein. Verderop een groot Engels kerkhof, waarin de soldaten begraven waren die in het hospitaal overleden waren. Grote Engelse ziekenhuizen en veel ziekenwagens van het Engelse Rode Kruis. Van 11u45 tot 12 uur stonden we stil in het station van Etaples, waar er veel opslagplaatsen van voedingswaren van het Engelse leger zijn. De Engelsen zorgden er ook voor veel verkeer. Om 13u10 kwamen we aan in Noyelles-sur-Mer. Veel Engelse soldaten waren er goederen aan het uitladen. Een Engels vliegtuig vloog boven de omgeving. Daar vertrokken om 13u20. Aankomst in Abbeville om 13u35 en er vertrokken om 13u45. Enkele minuten later zag ik een twintigtal schepen van het Engelse Rode Kruis aangemeerd liggen in de Somme. De streek is ook erg mergelachtig. Om 15u05 kwamen we links van ons langs het station van Amiens. Halte van een tiental minuten in de buurt van het station. In het station waren meerdere Duitse krijgsgevangenen aan het werk. Om 15u45 voorbijgekomen in Saleux. Heuvelachtige streek. Om 16u25 voorbij Conty en om 17u40 het station van Saint-Omer-en-Chaussée. Om 18 uur kwamen we aan in Beauvais, een grote stad. De rook kwam er uit vele fabrieksschouwen. Daar vertrokken om 18u15. Om 19u05 aangekomen in Méru, waar we 10 minuten halthielden. Om 19u40 kwamen we langs Versan. Er was een groot depot van spoorwegmateriaal, volledig gemonteerd. Er lag ook een grote hoeveelheid ongevulde obussen. Een beetje verderop merkte ik tot mijn verbazing prikkeldraad en loopgraven op. Waarschijnlijk daterend uit het begin van de oorlog. Ik vermoed dat de Duitsers toen tot niet ver van hier doorgedrongen zijn. Om 20u05 passeerden we het station van Chaponval. Twee minuten nadien reden we over de Oise, waar voor het ogenblik gevochten wordt. Van 20u15 tot 20u25 haltgehouden in het station van Epluches. Er zijn opslagplaatsen van hout, kolen en ander materiaal voor het front. Het was dan avondschemering. Om 20u50 aangekomen in Achères. De verpleger van onze wagon heeft de brancards geplaatst om ons te slapen te leggen. We kregen een deken, maar het was er warm genoeg door de stoomverwarming. Afgaand op het aantal sporen moet Achères een groot station zijn. We zijn er vertrokken rond 21 uur. Ik lag op de middelste brancard. Ik zag niets meer van de omgeving, het was te donker geworden. In de wagon brandden twee petroleumlampen. De trein reed nog steeds voort. Ik ben in slaap gevallen.