In het weekend van 22 & 23 augustus maakte Ninove voor het eerst kennis met het Duitse leger. In tegenstelling tot de gruwel waar vele andere Belgische steden en gemeentes mee geconfronteerd werden, werd een dergelijk drama hier maar op het nippertje vermeden. Het relaas hiervan verscheen in het plaatselijke blad Recht en Vrede. Het werd bewaard door Jeanne De Mont (zie dagboeken) en werd ons ter beschikking gesteld door Everard Slaghmuylder, waarvoor nogmaals dank.
ASA
Het uitbreken van den oorlog was als een teeken van eenen heropbloei der Christene gevoelens van het volk. In groot getal woonden de geloovigen de H. Mis bij. Bijzonderlijk het Lof, met het bidden van den Rozenkrans werd dagelijks door eene overgroote menigte bijgewoond. De geloovigen toonden zich ook edelmoedig in het ondersteunen van liefdadige werken. De vluchtelingen werden met liefde ontvangen, geherbergd en bezorgd.
De Duitschers zijn in Ninove gekoomen den 21 Augusti. Dien dag is alles rustig verloopen. De troepen zijn door de stad getrokken en hebben er niet vernacht. Des anderendaags, 22sten Augusti, beweerden Duitsche soldaten dat men op hun had geschoten. Daarop hebben zij de deur van het huis van den heer Jules Van Meenen, op den Burchtdam, ingeslagen en alles kort en klein geslagen. De burgerlijke en geestelijke overheden werden als gijzelaars vastgezet. Bevel werd gegeven om den Burchtdam af te branden. Door verschillige oorzaken, maar vooral door het onverwacht bevel van aanstonds voort te trekken werd het bevel niet uitgevoerd en bleef de stad van verdere onheilen gespaard.
Op den 22sten Augusti werden er 20 gijzelaars genomen. Deze zijn niet verplicht geweest op het stadhuis te vernachten. Later zijn er geene gijzelaars meer genomen.
RAG