De steden en gemeenten worden overstelpt met verordeningen, aanmaningen, e.d.. Hieronder twee brieven uitgaande van het stadsbestuur van Ninove in verband hiermee:
Mijnheer de bevelhebber, In antwoord op uw bevel van februari (zonder dagteekening) waarbij ons geboden wordt Inlichtingen te verschaffen nopens de voorraden haver, rogge en tarwe en het getal paarden, hebben wij de eer u te doen kennen dat wij reeds bij brief van 4 dezer, nr. 450, hebben doen kennen dat alhier alsdan 1150 kilos gedorschen en 1100 kilos ongedorschen haver, 2150 gedorschen 1350 ongedorschen rogge aanwezig waren en bij brief van 30 januari, nr. 449, dat er geen tarwe meer bestond. Er zijn thans nog 171 paarden in deze stad, daarin begrepen veulens en poneys. Er kan dus hoegenaamd niets van den voorraad haver gemist worden. Wat meer is de haver moet door de belanghebbenden in andere streken tegen hooge prijzen aangekocht worden. Wij hebben den brief nopens het dorschen der granen onmiddellijk aangeplakt. De burgemeester
Mijnheer de bevelhebber, Wij hebben de Ued. Te doen kennen dat er zich alhier geen motorrijwielen en ook geen onderdeelen van motorrijwielen meer bevinden. Er bestaan hier ook geen groothandelaars en depothouders van motorrijwielen of onderdeelen. De burgemeester Aan den heer bevelhebber der duitsche commandantur te Aalst
Mijnheer de bevelhebber Over enige weken hebben de heeren schieters onzer stad u, op uw bevel, hunne bogen en pijlen doen geworden. Volgens ons werd gezegd hebben de liefhebbers van Aalst hunne bogen teruggekregen (hebben, sic) en zelfs in de commandantur van Gramont werden deze bogen niet aanvaard daar ze slechts bij misgreep werden binnengevraagd. Daar deze voorwerpen zeer gauw gansch teniet gaan indien ze niet wel verzorgd worden zouden de liefhebbers onzer stad wel willen op denzelfden voet behandeld worden als hunne kamaraden van de andere plaatsen. Wij bidden u dus, heer Commandant, wel te willen onderzoeken of zich tegen deze teruggave iets verzet en zo neen, ons wel te willen laten weten wanneer wij de bogen mogen terughalen. Aanvaard, Mijnheer de Bevelhebber, onze hoogachtende groeten. De burgemeester ASN De gemeentekas van Okegem zit na een half jaar bezetting aan haar bodem. Het gemeentebestuur ging daarom gaan aankloppen bij drie kapitaalkrachtigen voor:
Een lening van 3000 franken voor den duur van den oorlog aan 5% bij de Heeren Borginon, Van der Kelen De Schepper Jozef De Schepper, Philemon Van der Kelen en Gustaaf Borginon uit Pamel hadden in 1913 langs de Dender ‘De Denderboer’ opgericht. Het bedrijf hield zich bezig met de verwerking van veevoeder en met de bereiding van chemische meststoffen. De gemeente motiveert haar vraag met het argument dat: Het dringend gebrek aan geld waarin het bureel zich bevindt, teweeggebracht door de buitengewone omstandigheden van den oorlog. Daar er weinig ontvangen wordt en de armoede dagelijks toeneemt. Het stadsbestuur van Ninove legt de nodige ijver aan de dag op 17 februari:
In antwoord op Ued. Omzendbrief van 14 december hebben wij de eer u te doen kennen dat er in onze stad hoegenaamd geen voorraad meer is van olie- en katoenzaadmeel en van al de andere voedermiddelen in opgesomd. De belanghebbenden trachten zich thans te voorzien van het noodige door bemiddeling van het Spaansch-Amerikaansch Comiteit. Eveneens is het gesteld met het zaaigoed, zowel voor graangewassen als voor aardappelen. Verder bestaan er alhier noch drooge noch … wijmen en groeien er ook geene esschen noch … populieren in deze stad. Aanvaard, heer Bevelhebber, onze hoogachtende groeten.
Als gevolg van uwen omzendbrief van 1 oogst, ons toegekomen den 10 januari 1915, hebben wij de eer u te melden dat er tijdens 1914 in onze stad ongeveer 60 bedienden en 2750 werklieden werkzaam zijn gebezigd in de nijverheids- en handelsondernemingen alhier gevestigd. Aanvaard, Mijnheer de Gouverneur, de verzekering onzer hoogachting.
De bevolking der gansche stad Ninove aanziet als een strenge maar aangename plicht op dezen ? zo roemrijke dag, uedele van harte en vurig te danken voor al de genegenheid welke u ons tot hiertoe zoo welwillend hebt betoond. Uw edelmoedige en onbaatzuchtige tusschenkomst ten voordele van ons zo diep geteisterd vaderland was ons dubbel noodig en tweemaal welkom. Niet alleen hebt gij in deze rampzaligen tijd het spook van den hongersnood verdreven, maar laat ons toe door uwe milde ondersteuning in geld, eten, kleerstoffen, enz. de nijpende armoede die in zo menig huisgezin heerscht merkelijk te lenigen. Dit bewijst dat de huidige bewoners van de Vereenigde Staten van Noord-Amerika de … afstammelingen zijn der stichters van de Grootste Vrije Republiek (…) Gelooft dan toch dat de warme en diepgevoelde erkentelijkheid onzer stadsgenooten niet alleen onvergankelijk zal zijn, maar dat de liefde en eerbied voor Amerika en zijn Volk altijd in de harten en geesten onzer nakomelingen zal bewaard blijven. Gelieft, Hooggeachte Heeren, de uitdrukking onzer gevoelens van dankbaarheid en oprechten eerbied te aanvaarden. Voor de stad Ninove De voorzitter van het Komiteit |
Archives
November 2018
|