22 februari

De legerleiding deelt mee dat de 2de Cavaleriedivisie haar loopgravenperiode zal doorbrengen in de sector van Steenstrate. Commandant Jones, van wie we al houden als van een vader, wordt op 25 februari aangeduid om een groep van de 1ste Jagers te Paard te leiden en commandant Van Loo neemt opnieuw het 4de eskadron. Ik prijk op de erelijst van het 4de eskadron en het 2de Regiment Lansiers.

Met volgende commentaar word ik voorgesteld voor het Oorlogskruis: ‘Officier van de Gezond​heidsdienst met een merkwaardige ijver en waakzaamheid. Hij is heel toegewijd, begeeft zich zonder aarzelen naar de gevaarlijkste punten en gedraagt zich altijd bewonderenswaardig in de meest kritieke omstandigheden.’

10 februari

Via 'Het Woord van de Soldaat' schrijf ik naar Ninove en Waasmunster.

6 februari

Ik krijg een injectie van 1cc serum antiparathyphoide. Als gevolg daarvan maak ik een weinig koorts en voel ik me wat onwel.

1 februari

​Er is sprake van geen cavalerieregimenten meer naar de loopgraven te sturen en ons weer de lans te laten gebruiken. De legeroverheid wil beschikken over een frisse en goed getrainde ruiterij voor het geplande lenteoffensief. Jozef raadt me aan niet meer naar Waasmunster te schrijven, want naar verluidt wordt het huis heel goed bewaakt. De Duitsers zijn immers op de hoogte van zijn activiteiten. Ik zal wachten met schrijven tot ik er meer nieuws over krijg. Sinds 27 november heb ik geen nieuws meer ontvangen.