Samen met de Fransen vallen wij aan en we veroveren twee loopgravenlinies.
0 Comments
In het hospitaal van Hoogstade breng ik een bezoek aan de gewonden, onder meer aan de luitenanten Pirot en Hamel van het 134ste (Frans regiment).
26 april
Aanval en tegenaanval. De Duitsers winnen geen duimbreed terrein. 27 april Ik neem kiekjes van de ruïnes van Lo, Reninge en Noordschote. De hele nacht weerklinkt kanon- en geweervuur. Bij Steenstrate rukken we nog op, maar de Duitsers verdedigen hardnekkig het gehucht (Lazern). Ze gaan energiek in de tegenaanval, maar wij houden wat we hebben.
24 april
De Duitsers vallen het Belgische front aan na een overvloedige beschieting met gifgasgranaten. Vertrouwend op hun succes rukken ze op in colonnes van vier met het geweer aan de riem De officieren nemen de leiding met getrokken sabel en de revolver in de vuist. Als gelukkige voorzorg heeft generaal De Ceuninck alle mitrailleurs in de bedreigde sector laten brengen. De moffen naderen tot op 150 meter en worden dan warmpjes onthaald met geweervuur, geratel van mitrailleurs en gedonder van kanonnen. De Duitsers vallen als vliegen. Niettemin blijven zij die volgen de eersten vooruit duwen en dat blijft achttien minuten duren. Het wordt een bloedbad zonder voorgaande. Je zou medelijden krijgen met die kerels, ze worden als strohalmen neergemaaid. Eindelijk zien we de colonnes wankelen, uiteenvallen en dan wordt het een redde-wie-zich-redden-kan. Een immense zegekreet weerklinkt uit onze loopgraven. Overwinningskreten, gehuil van vreugde. Ondanks het verbod van de officieren verlaten onze Grenadiers en Karabiniers zegedronken hun versterkingen om de verliezers te achtervolgen. Ze omhelzen elkaar, lachen, huilen, dansen, ze zijn als gek geworden. ‘s Avonds tellen we vóór onze linies achthonderd Duitse doden en we beschouwen de Duitse inspanning als gebroken. Eens te meer heeft ons kleine dappere leger Europa gered, want als wij de Duitsers niet hadden tegengehouden. dan zouden ze doorgebroken zijn en Duinkerke en Calais hebben ingenomen, met alle funeste gevolgen vandien. Diezelfde dag hebben de 418de Franse en het 35ste Zouavenregiment bijgestaan door Britten en Canadezen het verloren terrein heroverd ten koste van heldhaftige inspanningen en verschrikkelijke verliezen. Mijn God. wat een bloed! Wat een bloed! Die dag heb ik meer bloed zien vloeien dan gedurende heel de oorlog. Brancardiers en dokters hebben met bewonderenswaardige energie en toewijding stoïcijns hun taak volbracht. 23 april
De terugkeer verloopt op een woelige zee, maar ik word niet zeeziek In Calais wacht een auto mij op om me direct naar het kantonnement te brengen. Wat een drukte hij mijn aankomst. Ik krijg bevel me onmiddellijk ter beschikking te stellen van de hoofdgeneesheer van de C.D.A (cavaleriedivisie) De Duitsers hebben de Franse sector, verdedigd door territoriale troepen, in Steenstrate aangevallen. Voor de eerste maal heeft de vijand gebruik gemaakt van gifgas. De verraste soldaten werden vergiftigd. De Fransen moesten zich terugtrekken met verlies van vierentwintig 7Smm-kanonnen vier houwitsers en 1500 gevangenen. De Britten rechts van hen en onze cavaleriedivisie links worden gedwongen zich terug te trekken. De Duitsers bezetten Steenstrate. 22 april
Grote propaganda voor rekrutering: je ziet langs alle kanten mensen samentroepen en mannen en vrouwen die de massa bewerken. Bij Kingsway treedt een buitengewoon originele Schotse muziekgroep op met fluiten en doedelzakken en tamboers die de grote trom roeren. De muzikanten zijn in pantervellen gekleed. Ze worden gevolgd door een auto met een officier en twee dames in uniform. Daarna houdt de officier een uiteenzetting en vraagt om tien man. Een na een komen die uit de menigte en worden naar de kazerne gebracht. In Groot-Brittannië word je op die manier bij het leger ingelijfd. Bij Kodak koop ik een fototoestel 6 1/2 - 11 centum. Objectief Bausch en Lomb nr 75943-S. 20 april
Londen. Strand Palace Hotel. Zeker aan te bevelen. Fooien zijn niet toegelaten. We ontmoeten Jozef, een heel chique meneer, een echte gentleman. Hij heeft een kamer in D Street. Op een klein plankje boven het bed lees je:"Strikt verboden dames binnen te brengen". Het is doodstil in Londen, want het is zondag en alles is dicht. 's Avonds begeven we ons naar Hotel Monico, ontmoetingsplaats van de Belgen. nvdr: 20 april 1915 was een dinsdag en geen zondag. 19 april
We vertrekken naar Folkestone om 8u15. Na een voorspoedige overtocht komen we omstreeks de middag aan en boeken in het Pavilion Hotel. Wij zoeken Jozef (Ide) in de Folkestone Parade op het adres dat hij ons heeft achtergelaten, maar hij is vertrokken zonder enige aanduiding. In de namiddag worden we in een privéclub ontvangen. De leden zijn wat blij met de kleine souvenirs die we van het front hebben meegebracht. |
Archives
November 2018
|