30 juni

’s Avonds dynamiteert men de toren van het groot hotel.

23 juni

De Duitsers vuren een rare soort granaten op ons af.Ze knallen maar licht en steken vol brieven, dagbladen en prenten. De brieven komen van mensen uit de streek van Eeklo, die naar hun kinderen of familieleden schrijven en allen foto’s vragen. Als we
antwoord willen geven, moeten we morgen klokslag 12.00 uur twaalf geweerschoten in de eerste lijn lossen, het ene na het andere. Het praatje dat de Duitsers proberen te maken, gaat niet door en onze mannen zijn geen vliegen. Je vangt ze noch met honing noch met azijn.

22 juni

We bergen het lijk van een Duitse piloot die op 12 juni werd neergeschoten en op het strand is aangespoeld. Het is luitenant Gerard Blutze, 23 jaar en pas enkele dagen eerder op ons front aangekomen.

14 juni

Terug naar Nieuwpoort-Stad. Een Duitse granaat doodt en verwondt een hele post van de 6de Cie: korporaal Gust Noppe en Omer Van Maele komen om het leven. Marcel Bouvier, Theo Hosse, Edmond Tanghe, Jos Claeys, Henri Leitharge en Jules Everaert zijn gewond. Later valt nog een dode: Vital Schietecat. Voorts is het kalm in de sector.
Tijdens de dag kruisen patrouilleboten op zee en in de lucht zien we onze vliegtuigen. Duitse toestellen zijn er schaars.

12 juni

We zien een Duits vliegtuig neerhalen dat brandend in zee stort. De overwinnaar is een Brit die na zijn victorie allerhande kunsttoeren in de lucht uithaalt en van alle kanten hartelijk toegejuicht wordt.

6 juni

Ik heb mijn post in het klooster van Oostduinkerke, waar ik heel goed ben. Jozef komt mij per auto bezoeken.

3 juni

Er wordt een grenadier* gefusilleerd die zijn korporaal had neergeschoten.

* Aloïs Wulput, Koksijde (gefusilleerd op 3-6-1918) was de laatste in een reeks van elf soldaten die tijdens WO I voor het Belgische vuurpeloton omkwamen. Een genadeverzoek werd door koning Albert I verworpen. (Debaeke, 2008).

2 juni

Nieuwpoort-Bad. Mijn medische post ligt in het kelderpuin van een huis aan de dijk. Het is een aangename sector. Juist voor het strand is er een overdekte gang, vanwaar je zoals in vredestijd voor de zee kunt zitten dromen. Maar het strand is met wrakstukken van boten, schepen en allerlei rotzooi bezaaid. Er liggen ook twee geraamtes van Britse vliegtuigen.