Het weer is afschuwelijk. Tijdens onze verschillende verblijven in de Panne hebben wij ons geen tijd kunnen kopen. De goede dagen zijn bijzonder zeldzaam geweest. De maartse buien volgen de regen op waardoor we verplicht zijn om binnen te leven. Eergisteren en gisteren heb ik niettemin de morgen in de duinen doorgebracht voor oefeningen en heb ik er een sinusitis opgelopen waarvan ik hard te lijden heb. Het leven gaat vrij eentonig verder: ik verveel me bovenmatig. Wanneer zullen wij kunnen terugkeren om in de nabijheid van onze dierbare familie te leven en onze vaste gewoonten terug op te nemen?