Het leven gaat hier kalm zijn gang. Er is geen enkel noemenswaardig feit dat het waard is om in mijn schriftje te noteren.
25 februari
Het leven gaat hier kalm zijn gang. Er is geen enkel noemenswaardig feit dat het waard is om in mijn schriftje te noteren.
0 Comments
22 februari
Het weer blijft goed. Ik profiteer ervan om een wandeling in de omgeving te maken. Vandaag uiteenzetting over edelstenen. 19 februari
Gisteren heb ik bezoek gekregen van Jules. We waren samen van 8 tot 16 uur en hebben lange tijd gesproken over onze dierbare familie. Hij bracht een bundeltje ansichtkaarten van Marseille mee voor Augusta. Vandaag heb ik een uiteenzetting gegeven over de diamant. 17 februari
Ik heb een tijdje geleden de studie van de harmonie weer opgenomen. Ik heb daarvoor al het nodige materiaal laten komen. Het is een excellent tijdverdrijf, en de uren vliegen zo voorbij. Ik reken erop later mijn Augustake hiervan te laten profiteren, want ik wens dat ze zich in de muziekkunst zal verdiepen, die voor mij een enorme verademing was en nog steeds is tijdens mijn verbanning. Vanavond vijandelijke raid op Duinkerke. We horen de kanonnen bulderen en zien de ontploffingen van de schrapnels die ze afschieten. 15 februari
Rekening houdend met de herhaaldelijke bombardementen op Calais, heb ik besloten dat het er minder kans is dat mijn nota’s vernietigd worden, als ik ze bij mij houd. Ze zijn geschreven voor mijn twee teergeliefden Mélanie en Augusta, aan wie ik ze heb opgedragen en waarvan ik vurig hoop dat ze hen in goede staat zullen bereiken. Ik zou niets dan aangename zaken willen schrijven en ook dat ik weldra het woord “Vrede” er zou mogen aan toevoegen. Een zegevierende vrede, waar al onze betrachtingen op gesteld zijn. Mijn twee schatten met deze pagina breng ik jullie al mijn wensen over en vele kussen. Vandaag heb ik een kaartje ontvangen van mijn lieve echtgenote, gedateerd op 2 november. Ondanks de late levering, heeft ze me toch veel geluk bezorgd, temeer dat ze me inlicht over het doen en laten van mijn klein meisje. Hoe gelukkig zal ik zijn ze van dichtbij te kunnen gadeslaan. Moge dat moment snel plaatsvinden. 14 februari
Sinds gisteren zitten we in Warrem. We zijn om 17 uur aangekomen in slecht weer. Het heeft gans de dag geregend. De wegen liggen er erg smerig bij. Ik logeer bij een oud vrouwtje, dat zo doof is als een pot. Ik betrek er een redelijk mooie kamer en ik heb een goed bed. Wanner zal het eindelijk gedaan zijn om in andermans bed te slapen? En wanner zal ik de mijnen weerzien? Mijn hulppost is opgesteld in het gemeentehuis en doet reeds dienst. Onze mess is bij de huisbewaarder van het gemeentehuis. We zijn gekomen via Elzendamme, Stavele, Eikhoek, in het zicht van Leisele, Hondschote en ten noorden van Killem. Het transpost ging vlot, maar het is rrar om zien hoe de soldaten gelogeerd zijn. Met allerhande materiaal hebben ze van alle soorten hutten gebouwd, anderen hebben putten gegraven en hebben daar simpelweg een dak opgelegd. Men waant zich opnieuw in de tijd van de holbewoners. Ik vraag me af wat er van dit alles zal geworden als de oorlog voorbij zal zijn. Maar zal dat nog wel gebeuren tijdens onze generatie? Ik begin te geloven dat we, zoals vroeger bij het Hebreeuwse volk, ook veroordeeld zijn om dat 40 jaar te doorstaan. Bij deze is mijn derde schrift met nota’s vol en net zoals wanneer ik het eerste begon, zie ik nog steeds niet wanneer ik zal terugkeren. Ik had vurig gehoopt dat ik in grote letters het woord vrede in dit schriftje had kunnen schrijven, maar de evenementen hebben mijn hoop de kop ingedrukt. Er rest me enkel te hoen dat ik het in het volgende zal kunnen doen. 11 februari
Bij het laatste luchtbombardement op Parijs, rond eind januari, is er een bom gevallen op een gebouw in de avenue de la Grande Armée, tegenover Hotel du Montfleuri, waar ik altijd logeer wanneer ik naar de Franse hoofdstad ga. 10 februari
Enkel bij het zien van de postbode deze morgen kon ik uitmaken dat hij nieuws van mijn familie bij had. Ik had het bij het rechte eind want hij overhandigde mij twee enveloppen die uit Holland kwamen, de eerste bevatte een kaart van mijn echtgenote, gedateerd op 4 januari en de andere een kaart van mijn kleine Augusta, gedateerd op 16 januari. Ik vind geen woorden om te beschrijven wat een immense vreugde ik voelde. Dat is het eerste kaartje van mijn dochter, door haar zelf geschreven. Hoe ongeduldig heb ik daar niet op gewacht. Ik stel met plezier vast dat ze veel vooruitgang heeft gemaakt en ook dat ze rechts schrijft. Haar gezondheid zal er tenminste niet onder lijden omdat ze in de school een verkeerde houding heeft aangenomen. Met het gene ze me schrijft en de lof die mijn vrouwtje Mélanie me toezwaait, word ik nog ongeduldiger hen terug te zien. Ja mijn liefste Augustake hoe gelukkig zal ik zijn je schriftje met opmerkingen te lezen. Ik hoop dat dat nog zal gebeuren in de loop van dit jaar. Wat een verandering zal ik dan aantreffen. Niet alleen bij ons thuis, maar in de ganse familie. Yvonne en Germaine zijn dus verloofd, meer dan waarschijnlijk zullen ze voor het einde van de oorlog getrouwd zijn. Ik zou liever gehad hebben dat ze een jongeman hadden gekozen die zijn plicht voor hun land hadden gedaan. Ik zal nooit veel achting hebben voor hun echtgenoten indien ze er niet alles aan gedaan hebben om ons leger te vervoegen. Wel mijn teergeliefden er zullen veel mensen zijn waar ik niets meer wens te maken hebben. Dat is bij deze beslist. Ik wil wel weten wat ze gedurende de Duitse bezetting gedaan hebben. 8 februari
Het is beslist, ik ga voor de tweede keer naar Warrem. Enkel de dag van vertrek moet nog vastgelegd worden. 5 februari
Het nieuws over onze verhuis wordt concreter. We gaan op rust aan de Franse grens, met als centrum Hondschoote. Ik zal dus mijn kamertje moeten verlaten, dat mij ontegensprekelijk het meeste comfort verschafte en waarin ik het meest op mijn gemak voelde, ook al was het niet het meest luxueuze. Ik denk niet dat ik nog zo’n logement zal vinden. 2 februari
Deze voormiddag ben ik naar Waaienburg geweest, om er mensen te bezoeken. Om 10 uur was ik terug. Naar het schijnt is het vertrek naar de nieuwe sector nakend. Sedert de oorlog bezig is, wordt het leger voor de vierde keer gereorganiseerd. Iedere divisie wordt verdeeld in 2 infanteriedivisies, die elk 3 regimenten infanterie bevatten, een reservebataljon en een regiment artillerie en alle andere diensten. Aan de legerdivisie wordt een regiment zware artillerie toegevoegd. Dat maakt dat we nu 12 regimenten lichte artillerie en 6 regimenten zware artillerie tellen en de artillerie te paard van de 1ste cavaleriedivisie, want de 2de cavaleriedivisie werd afgeschaft. Voor ons verandert er niets. We hangen nog steeds af van het hoofdkwartier van de divisie. |
Archives
November 2018
|